Het dwangakkoord: alles over het dwangakkoord en de WSNP
Aan een eventueel verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling gaat het minnelijk traject vooraf. Tijdens het minnelijk traject onderzoekt een schuldhulpverlener (bijvoorbeeld van de gemeente) of met alle schuldeisers een regeling kan worden getroffen om de schulden op te lossen.
Wanneer alle schuldeisers daarmee akkoord zijn dan kunnen in drie jaren de schulden worden opgelost. Gaat één of meerdere schuldeisers niet akkoord met het aanbod dan slaagt het minnelijk traject niet en is daarmee de weg vrij voor een verzoek aan de rechtbank tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling.
Dwangakkoord aanvragen
Wanneer enkele schuldeisers niet willen meewerken bestaat ook de mogelijkheid van het dwangakkoord. In dat geval kan de schuldenaar de rechtbank verzoeken om de weigerende schuldeiser(s) te dwingen om in te stemmen met het aanbod. Wijst de rechtbank het verzoek toe dan is daarmee de schuldeiser verplicht om in te stemmen met het aanbod.
Uitgangspunt is dat iedere schuldeiser in principe recht heeft op volledige betaling van de vordering. Een schuldeiser hoeft dan ook niet akkoord te gaan met het aanbod in het minnelijk traject.
Wanneer de rechtbank wordt verzocht om een dwangakkoord betekent dat een afweging tussen de belangen van de schuldenaar om daarmee alsnog een regeling met de weigerende schuldeiser(s) te bereiken en het belang van de schuldeiser(s) om een volledige betaling van de vordering te verkrijgen.
Toewijzing dwangakkoord
De rechtbank wijst in het algemeen een verzoek tot het treffen van een dwangakkoord toe als ‘de schuldeiser in redelijkheid niet tot weigering van instemming met de aangeboden schuldregeling heeft kunnen komen’. Daarbij komt dat niet alleen de schuldenaar zelf een belang heeft, maar de rechtbank ook het belang van de schuldeisers die (al) wel hebben ingestemd met het aanbod meeweegt.
Belangrijk is dat de schuldeiser in geval van een dwangakkoord beter af is dan in geval van een wettelijke schuldsaneringsregeling. Anders gezegd: aan een dwangakkoord moet de schuldeiser meer overhouden dan aan een wettelijke schuldsaneringsregeling. Met behulp van een VTLB-berekening kan worden vastgesteld welk bedrag er voor de schuldeiser in drie jaar beschikbaar is op grond van een dwangakkoord dan wel op grond van een wettelijke schuldsaneringsregeling.
Omdat in geval van een dwangakkoord geen WSNP-bewindvoerder wordt aangesteld zijn er wat dat betreft geen kosten die op het aanbod in mindering moeten worden gebracht. In het algemeen levert een dwangakkoord de schuldeiser vaak meer op dan een wettelijke schuldsaneringsregeling.
Lees hier meer over de uitleg van WSNP.
Voorwaarden dwangakkoord
Daarnaast moet het verzoek tot het treffen van een dwangakkoord voldoen aan de volgende voorwaarden.
- Het moet zijn getoetst door een deskundige en onafhankelijke partij.
- Ook moet het voorstel goed en controleerbaar zijn gedocumenteerd.
- Bovendien moet het voorstel het uiterste zijn waartoe de schuldenaar financieel in staat moet worden geacht. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar het hier en nu maar ook naar de toekomst. Beoordeeld wordt of de schuldenaar in de toekomst een hoger inkomen zal kunnen verdienen.
- Daarnaast is van belang op welk moment een bate voor de schuldeiser beschikbaar komt. Doorgaans is dat bij de wettelijke schuldsaneringsregeling pas na drie jaar terwijl een dwangakkoord tot gevolg heeft dat met de aangeboden schuldregeling het aangeboden bedrag op korte termijn betaalbaar wordt gesteld.
- Last but not least de vraag hoe groot in euro’s het aandeel van de weigerende schuldeiser(s) is ten opzichte van de totale schuldenlast en hoeveel schuldeisers op het totaal wel hebben ingestemd met de al aangeboden schuldregeling. Het zal duidelijk zijn dat wanneer het gaat om een verhoudingsgewijs kleine vordering op de totaalschuld, de rechtbank een verzoek tot het treffen van een dwangakkoord eerder kan en zal toewijzen. Hetzelfde zou kunnen gelden in het geval de weigerende schuldeiser de enig weigerende schuldeiser is.
In de praktijk hangt het ervan af hoe de rechtbank op grond van de feiten en omstandigheden en aan de hand van deze voorwaarden de belangen van schuldeiser en schuldenaar tegen elkaar afweegt.
Advocaat WSNP
Meer weten over het dwangakkoord, de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen of over Hoger Beroep WSNP? Christiaan Plaat wil als advocaat rechtsbijstand verlenen aan eenieder die daarom verzoekt, ongeacht leeftijd of maatschappelijke positie.
Neem direct en vrijblijvend contact op met Mr. C.C.W. (Christiaan) Plaat, advocaat in Ede.